Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [45]de HEERE zeide tot haar: [46]Twee volken zijn in uw buik, en twee natien zullen zich uit uw ingewand [47]van een scheiden; en [48]het ene volk zal sterker zijn dan het andere volk; en [49]de meerdere zal den mindere dienen. 45. Te weten, door enige tegenwoordige aanspraak, of door een gezicht, of in den droom, of door inwendige ingeving, geschied aan haarzelve, of aan enig profeet, die het haar van Gods wege heeft aangediend. 46. Dat is, vaders van twee volken, te weten: Edomieten en Israelieten. 47. Hetwelk vervuld is, niet alleen lichamelijk, ten aanzien van Jakob en Ezau, alsook de Israelieten en Edomieten, maar ook geestelijk, ten aanzien van de ware kerk en het volk Gods en de vijanden derzelve. 48. De zin is, dat de ene broeder den anderen en het ene volk het andere in macht zouden te boven gaan. 49. Deze woorden verklaren de voorgaande. Versta door den meerderen Ezau, welke, ten aanzien van de eerstgeboorte, van de sterkte des lichaams en van het uiterlijk vermogen, de grootste geweest is; gelijk ook zijn nakomelingen lang het gebergte Seir bezeten en daarin geregeerd hebben, toen de kinderen Israels vreemdelingen in Kanaan, slaven in Egypte, en arme reizigers in de woestijn waren. Niettemin zou deze meerdere den minderen onderworpen zijn en dienen; hetwelk vervuld is, eerst in Jakob, toen hij, het recht der eerstgeboorte verkregen hebbende, een heer zijns broeders geworden is; daarna in zijn nakomelingen, toen zij het land Kanaan geerf en de Edomieten aan zich cijnsbaar gemaakt hebben; zie 2 Sam.8:14. Dit wordt ook vervuld in de ware kerk, welke, hoewel zij naar de uiterlijke heerlijkheid en macht veel geringer is dan de valse, is nochtans Christus door zijn woord en Geest in het midden van haar, over al zijne en hare vjianden heersende.